Een RI&E volgens Arboplaats: prestatie optimalisatie
Mijn PrO: voor bedrijven die inzien dat de RI&E anders kan en dan inzien dat deze veel te bieden heeft.
Waarom zou je een RI&E willen maken?
Bij Arboplaats maken we grofweg in twee redenen onderscheid waarom bedrijven een RI&E maken:
1. Om aan de Arbowet te voldoen of
2. Omdat ze de arbeidsomstandigheden van hun medewerkers willen optimaliseren.
Als jullie tot groep 1 behoren, lees dan vooral niet verder. Onze visie zal jullie vast en zeker niet aanspreken. Voor alle overige bedrijven zetten we uiteen waarom wij denken dat het uitvoeren van een RI&E, volgens de Arboplaats methode, jullie helpt om jullie prestaties te optimaliseren.
Wat onderzoek je in een RI&E?
Wij zijn van mening dat je in een RI&E alleen naar de prioritaire risico’s kijkt. Dit zijn de risico’s waar medewerkers ziek, zwak of misselijk van worden of waar ze een ernstig ongeval door kunnen krijgen. In een RI&E is er volgens ons geen plaats voor geneuzel, zoals snoeren die op de vloer liggen, waar je over zou kunnen struikelen. Als zo’n snoer een reëel risico vormt, dan lijkt het slim daar eerst wat aan te doen voordat je het RI&E rapport afmaakt.
Welke risico’s zijn prioritair?
Wat zijn volgens ons de risico’s die in ieder geval in een RI&E opgenomen zouden moeten worden?
Een risico dat voor elke organisatie van belang is, is dat medewerkers ziek worden door het werk dat ze uitvoeren. Dat wil je vanzelfsprekend als goede werkgever niet, maar dat kost ook snel heel veel geld. Een ander risico dat werkgevers als een bedreiging zien voor hun continuïteit en/of de kwaliteit van het werk dat zij leveren, is verloop van personeel. Het ‘binden en vinden’ van geschikte medewerkers is de komende jaren misschien wel de allergrootste uitdaging voor elke organisatie. In het verlengde hiervan is het voor vrijwel elke organisatie essentieel om goede mensen aan de organisatie te binden. Daarnaast is het van groot belang om goede medewerkers te vinden.
Balans in de RI&E tussen fysieke factoren en psychosociale factoren
Als je naar deze risico’s kijkt, dan lijkt het wellicht zo dat deze risico’s niet zoveel met een RI&E te maken hebben. Dat geldt misschien voor een ‘klassieke RI&E’, maar niet voor een RI&E zoals Arboplaats die maakt. Wij zijn er van overtuigd dat het vanzelfsprekend zou moeten zijn dat je als organisatie niet alleen naar de fysieke factoren in het werk kijkt, maar ook naar de psychosociale factoren. En als je dan al zou willen benoemen welke risico’s/risico’s vooral niet vergeten zouden moeten worden dan is dat vanzelfsprekend PSA: psychosociale arbeidsbelasting. Daarbij kijk je vanzelfsprekend veel verder dan alleen een werkdruk en ongewenst gedrag.
Het belang van PSA in de RI&E
In Nederland geven werkgevers jaarlijks circa 6 miljard uit aan ziekteverzuim dat werk gerelateerd is. Van dit indrukwekkende bedrag wordt ongeveer 64% veroorzaakt door PSA (NEA, 2020). Als je als organisatie de RI&E wilt gebruiken om ernaar te streven het ziekteverzuim zoveel mogelijk te reduceren, dan focus je vanzelfsprekend als eerste op het belangrijkste aandachtsgebied van werk gerelateerd ziekteverzuim: psychosociale arbeidsbelasting.
Ook als je naar zaken kijkt, zoals ongewenst gedrag op de werkvloer, dan is het aantal medewerkers wat daar mee te maken heeft indrukwekkend groot. 1,1 miljoen mensen heeft hier jaarlijks mee te maken. Als je dat vergelijkt met bijvoorbeeld het aantal ongevallen met minimaal 1 dag verzuim in organisaties, dan betreft dat ongeveer 114.000 medewerkers. Het aantal medewerkers dat op het werk een ongeval krijgt is circa 245.000.
De belangrijkste fysieke factoren in de RI&E: fysieke belasting en gevaarlijke stoffen
Ook is het voor de hand liggend om in de RI&E te kijken naar alle fysieke factoren, waaronder veiligheid. Daarbij vormen fysieke belasting en blootstelling aan gevaarlijke stoffen de grootste risico’s. Dit zijn geen risico’s die, zoals dat bij arbeidsongevallen het geval is, een direct zichtbaar effect hebben, maar het effect dat deze factoren op gezond en veilig werken hebben is bijzonder groot. Het bewegingsapparaat zorgt voor de meeste klachten aan de fysieke kant bij medewerkers. Het werken met gevaarlijke stoffen is jaarlijks verantwoordelijk voor 3000 doden. Als je dat cijfer vergelijkt met de gemiddeld 60 doden per jaar door arbeidsongevallen, dan is ook hier helder waar de nadruk zou moeten liggen. Hoewel het belangrijk blijft dat elke gezondheidsschade zo veel mogelijk voorkomen zou moeten worden.
Beheersmaatregelen centraal
Traditioneel bestaat een RI&E uit een lange lijst met vragen, waarbij de risico’s in kaart worden gebracht. Dat is een wonderlijke exercitie. Als je na al die jaren nog steeds niet weet dat bijvoorbeeld fysieke belasting in bijvoorbeeld de gezondheidszorg een groot risico is, dan heb je tot nu toe wel heel erg slecht naar het werk in je organisatie gekeken.
Een risico vastleggen, zonder dat je een uitspraak doet over de manier waarop het risico beheerst wordt, heeft volgens ons vooral een ceremoniële functie. De otoplastieken die wel beschikbaar zijn, maar niet gedragen worden, die verkleinen de schade door blootstelling aan geluidniveaus van meer dan 80 dB(A) niet.
In een moderne RI&E ben je dus niet primair bezig met het inventariseren van de risico’s, die zijn immers al lang bekend, maar naar de manier waarop het risico beheerst wordt. En daarnaast ook naar de mate waarin de beheersmaatregelen gebruikt worden op het moment dat dat noodzakelijk is. Arboplaats is daarom gestopt met lange lijsten met vragen naar de bekende weg en richt zich volledig op beheersmaatregelen en gedrag.
Beheersing van risico’s
Traditioneel wordt in een RI&E gekeken naar het risico zoals dat ingeschat wordt op het moment dat de beoordeling wordt gedaan. Bij Arboplaats zijn we van mening dat deze manier van kijken naar risico’s inmiddels ruim achterhaald is. Door kunnen werken tot aan het pensioen is in verreweg de meeste beroepen niet goed mogelijk. Sterker nog, op basis van de onderzoeken die door Arboplaats bij onze klanten worden uitgevoerd, gaan we ervan uit dat circa één op de drie medewerkers niet in staat zal blijken te zijn om het huidige werk tot aan het pensioen uit te voeren. Zodra je je dat realiseert, is het een voor de hand liggende stap dat je bij de beoordeling van het risico niet alleen kijkt naar het risico ‘hier en nu’, maar ook naar het effect van het risico op de gezondheid op langere termijn. Wij kijken in onze risico-evaluatie of wij inschatten dat het mogelijk is om het huidige werk, op de manier waarop het nu wordt uitgevoerd, in evenveel uren, in hetzelfde tempo, vol te kunnen houden tot aan het pensioen. Indien dat niet het geval (b)lijkt te zijn, dan is het risico misschien nu wel beheerst, maar vraagt nadrukkelijk om aandacht. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de fysieke belasting voor de 25-jarige stratenmaker. Dat lukt op deze leeftijd nog prima, maar gaat niet lukken tot aan het pensioen. Maar ook is het lang niet voor elke onderwijzer mogelijk, vanwege de psychosociale belasting, om het werk tot aan het pensioen vol te houden.
Duurzaam werk: praktijkrichtlijn
Het logische gevolg van de hierboven beschreven benaderingswijze is dat je bij de beoordeling van arbeidsomstandigheden kijkt in welke mate het mogelijk is dit werk ook nog op zeventigjarige leeftijd uit te voeren. Arboplaats heeft daarvoor de praktijkrichtlijn geïntroduceerd: ‘kan jouw vader/jouw moeder dit werk op zeventigjarige leeftijd uitvoeren (er van uitgaande dat jouw vader of jouw moeder dezelfde vaardigheden heeft als jij hebt). De activiteiten die jouw vader/jouw moeder op zeventigjarige leeftijd niet meer kan uitvoeren, daar liggen volgens ons de echte risico’s. Dat is bijvoorbeeld voor de schilder, de steiger beklimmen. Dat gaat op je 70e minder snel en minder goed dan op je 25e. De uitdaging voor elke werkgever is dan ook het werk zo in te richten dat alle activiteiten ook op zeventigjarige leeftijd uitgevoerd kunnen worden. In organisaties waar dat het geval is, is er sprake van duurzaam werk.
Op het creëren van duurzaam werk zou volgens ons de focus binnen bedrijven moeten liggen en niet primair op het richten op duurzame inzetbaarheid. Een medewerker zal, hoe dan ook, ook als hij/zij enorm zijn/haar best doet om inzetbaar te blijven, het werk niet tot aan het pensioen uit kunnen voeren, als het werk niet duurzaam is. Het werken aan duurzame inzetbaarheid door de medewerker is, in deze filosofie, een taak en uitdaging voor elke medewerker. Dit wil zeggen binnen de kaders en op de manier waarop het werk is ingericht.
Werkgeluk in de RI&E
Zoals we in het begin hebben aangegeven is het ‘binden en vinden’ van medewerkers, een van de belangrijkste risico’s voor elk bedrijf in het komende decennium. Voor met name de generatie van werkenden die jonger zijn dan 35 jaar, is het werkgeluk daarbij een van de belangrijkste factoren. Indien de score op het werkgeluk essentieel lager is dan bij privé geluk, dan staat die jonge medewerker al met anderhalf been buiten. Arboplaats heeft een methodiek ontwikkeld waarmee we dat ‘binden en vinden’ van medewerkers goed in kaart kunnen brengen. Het zal niet verbazen dat we deze factor als een van de belangrijkste factoren van de RI&E zien.
Daarnaast zijn wij er van overtuigd dat het essentieel is ook naar werkwaarden te kijken. Als een organisatie die zaken die voor de medewerkers essentieel zijn, om in het werk aan te treffen, onvoldoende invulling geeft, dan zal dat, zeker voor de jongere medewerkers, een reden zijn om om zich heen te gaan kijken.
Mijn PrO van Arboplaats
Arboplaats heeft rondom deze filosofie een softwaretool gebouwd: Mijn PrO. Hiermee kun je een RI&E maken die aan alle nieuwe inzichten voldoet en die jullie bedrijf echt verder helpt in het maken van stappen op het gebied van het verbeteren van arbeidsomstandigheden. Deze tool is geschikt als Arbomanagement tool, ook voor ISO 45.001.
Naast een andere kijk op de RI&E, waarbij fysieke en psychosociale factoren een even zware rol krijgen, een andere kijk op het PAGO, een automatisch gegenereerd Arbo jaarverslag, een dynamisch plan van aanpak, kent Mijn PrO ook een innovatieve manier om gevaarlijke stoffen te beoordelen, conform de nieuwe eisen die de Nederlandse Arbeidsinspectie daaraan stelt.
Geïnteresseerd?
Neem vooral contact met ons op! We gaan graag met jullie in gesprek over de stappen die nodig zijn om mens en werk te optimaliseren.
Namens het team van Arboplaats
Huib Arts,
M: 0619194818
E: huib.arts@arboplaats.nl
